Veel mensen doen aan de lijn, maar een dieet volhouden is verre van gemakkelijk. Dit komt voornamelijk door hoe we omgaan met verboden voedsel. Hier ben ik achter gekomen dankzij het onderzoek van Renate Neimeijer.
Neimeijer heeft onderzoek gedaan naar twee verschillende groepen, namelijk onsuccesvolle lijners en een controlegroep die niet aan de lijn doet.
Zij concludeert in haar onderzoek dat er verschillen zijn in de aantrekkingskracht van voedsel.
Alle deelnemers moesten tijdens haar onderzoek snel op plaatjes reageren van allerlei lekker eten, die verschenen op een computerscherm.
Verboden voedsel trekt sterk de aandacht
Het experiment richtte zich onder andere op de aandacht op voedsel.
Neimeijer wilde weten of mensen die lijnen misschien heel goed in staat zijn hun aandacht weg te richten van voedsel. Wanneer hun aandacht minder wordt getrokken door lekker, verboden voedsel, komen ze immers ook minder in de verleiding om te gaan eten. Toch bleek deze aanname niet te kloppen.
De onsuccesvolle lijners bleken juist meer aandacht voor voedsel te hebben dan mensen die helemaal niet met de lijn bezig zijn.
Automatische reactie op verboden voedsel
Vervolgens keek Neimeijer tijdens het experiment naar de automatische reactie op de voedselplaatjes.
Hierbij vond zij wél verschillen tussen onsuccesvolle lijners en mensen die helemaal niet met de lijn bezig zijn. Onsuccesvolle lijners hadden namelijk een sterkere automatische neiging om hun aandacht te richten op voedsel.
Neimeijer zegt hier het volgende over:
Dit zou wellicht kunnen verklaren waarom ze elke keer verleid worden om meer te eten dan dat ze van plan zijn.
Hoe neutraliseer je de aantrekkingskracht op verboden voedsel?
Het neutraliseren van de aantrekkingskracht van en het verlangen naar ‘verboden voedsel’ werkt ongeveer als volgt.
Stel je even voor dat je werkt in een speciaalzaak waar ze allerlei heerlijke dingen maken van chocolade. Onder andere de heerlijkste bonbons in alle soorten en smaken. De hele dag ruik, zie je dit en pak je al dat lekkers in voor klanten.
Toen je werd aangenomen heeft je baas gezegd dat je altijd gratis al dat heerlijks mag pakken. Je mag zelfs één keer in de week een doosje bonbons meenemen naar huis.
Hoe ga je om met verboden voedsel?
Op je eerste werkdag sta je alleen in de winkel en omringd door al die chocolade. Je kijkt wat om je heen. De bonbons zien er prachtig uit, ruiken heerlijk en je vraagt je af of je er eentje zal nemen.
Je voelt je wat onrustig, omdat je bang bent dat als je eenmaal één bonbon pakt je je er vervolgens helemaal aan te buiten zult gaan. Daarom spreek je jezelf streng toe: “Ik neem hooguit twee bonbons!“.
Je zoekt de lekkerste uit, stopt hem snel in je mond en eet hem op. En toch…de bonbons zijn zo lekker dat je die eerste dag inderdaad er veel te veel van eet.
Je neemt je voor om dat de volgende dag niet meer te doen. Maar ook die tweede dag eet je toch nog meer bonbons dan dat je je had voorgenomen.
De derde dag eet je eigenlijk ongemerkt toch er niet meer zo veel, en de dagen erna merk je ineens dat je nog nauwelijks een bonbon aanraakt.
Hoe komt dat?
Hoe kan dat nou eigenlijk? Heb je je overeten en lust je ineens geen bonbons meer?
Nee, je vindt ze nog steeds heerlijk, maar je lichaam en geest hebben inmiddels ‘ervaren’ dat er altijd bonbons zullen zijn als je daar behoefte aan hebt. Hierdoor is de drang ernaar op een natuurlijke manier afgenomen en komt de vraag ineens bij je op of je eigenlijk nog wel iedere dag bonbons wilt.
Dat is natuurlijk een heel andere vraag dan of je die bonbons wel mag. Het betekent dat jij je natuurlijke controle over je eetgedrag terug hebt en zelf kunt bepalen of je wel of niet iets lekkers neemt.
Natuurlijk gaat dit niet zomaar vanzelf, maar met het online GEEF-programma, en met vertrouwen in jezelf én je lichaam, gaat ook jou dat vast en zeker lukken.
Het GEEF-programma kun je volgen met mij als jouw eetrelatie coach.
Vertel me of dit blogartikel bij jou wat teweegbrengt en waarom. Deel het met mij in het commentaarveld hieronder.
Op jouw succes,
PS. DEEL dit artikel met jouw netwerk, door op de Tweet, Like, Share of Google+ knoppen te klikken, zodat ook de mensen in jouw netwerk profiteren.